Of ik het niet had aan zien komen? Nee. Totaal niet. Stress was voor slappelingen. Niet voor mij. Zag ik eruit als een slappeling? Nou dan.
En toch overkwam het mij een paar jaar terug. Huilend zat ik bij de bedrijfsarts die te beroerd was om mij een zakdoek aan te bieden en mij op mijn schouder te slaan terwijl hij als een mantra herhaalde dat alles goed zou komen. In plaats daarvan keek hij mij alleen maar aan. Nog net niet hoofdschuddend.
Dat ik niet meer kon, werd me pijnlijk duidelijk toen ik een joekel van een fout in een krantenkop had geschreven. Ik verstijfde toen ik het zag. Durfde mijn mail niet meer te lezen nadat ik drie mailtjes had geopend waarin stond ‘dat wij daar bij die krant terug naar school moesten. Prutsters die de Nederlandse taal niet machtig waren’. Ik wilde verdwijnen. Oplossen in het niets. Mijn collega Esther raadde me aan me ziek te melden. Ik kon niet meer. Dus meldde ik me ziek.
Ging fietsen. Want daar werd ik rustig van. Uren fietste ik, in de frisse lucht. Ordende mijn gedachten tijdens het fietsen. Niet alleen was het chaos in mijn hoofd, ook mijn lijf zat op slot. Alsof er messen in mijn schouders waren geprikt. En rondgedraaid.
Op bedrijfsartsadvies bezocht ik een coach. Wat moest ik daar nou? Ik was gewoon even leeg. Daar dacht mijn coach, die mij vrij snel in de smiezen had, anders over. Ze vroeg me om zo nu en dan af te stappen als ik aan het fietsen was en dan na te gaan wat ik voelde. Ik keek haar aan of ze gek was geworden. Hoezo? Fietsen moest ik, niet afstappen. Maar ik deed het wel. Stond ik daar midden op de hei met mijn fiets in de hand na te gaan wat ik voelde. Het werkte op mijn lachspieren en leverde verbaasde blikken op van mensen die hun hond uitlieten.
Maar. Mijn coach had gelijk. Langzaam aan begreep ik wat ze bedoelde. Het was niet alleen stress van het werk. Het was de combinatie. Het was mijn perfectionisme. Het was mijn altijd maar pleasen gedrag.
Het is al weer een paar jaar terug en nog steeds moet ik oppassen. Goed mijn paaltjes in de grond timmeren. Ik heb ervan geleerd. Die burn-out heeft mij wijzer gemaakt.
Deze week is het De Week van de Werkstress. En uitgerekend deze week werk ik aan opdrachten voor vier verschillende opdrachtgevers. De vlekken zitten in mijn nek. Mijn adem hoog. En als ik bijna plof, denk ik aan mijn coach. Adem in. Adem uit. De cursus mindfulness die ze me aanraadde heb ik nooit gevolgd. Maar het is wel mijn joker, mijn troef als het mis dreigt te gaan. Tot die tijd houd ik me staande en zeg zo heel af en toe ‘nee’. Mijn coach zou trots op me zijn als ze dit wist….
7 Tips om werkstress en dus een burn-out te voorkomen
Maar liefst een miljoen mensen kampen met stress. Schrikbarend! Hoe voorkom je stress?
1. Ga niet voor de klas staan. Een op de vijf leraren ervaart stress of heeft een burn-out
2. Check niet om de vijf minuten je mail. Zet het meldingstoontje uit. Check je mail op vaste tijden.
3. Haal niet voor de hele afdeling koffie. Loop naar de koffiemachine, tap een koffietje hang nonchalant tegen het apparaat terwijl je kletst met collega’s die ook koffie halen. Als je koffie op is, ga je terug naar je werkplek.
4. Roep heel hard ‘nee’ tegen die collega die voor de zoveelste keer zijn werk in jouw schoenen wil schuiven. Er is niks mis met een collega helpen, wel met jezelf voor een andermans karretje te laten spannen.
5. Blijf uit de buurt van beroepsmopperaars. Zoek mensen op die de moed erin houden, die grappen uithalen en veel lachen.
6. Zet als je thuis bent, en dus niet aan het werk, je telefoon uit. Als dat niet kan, beantwoord je geen werktelefoontjes.
7. Fiets preventief. Veel en vaak. En stap zo nu en dan eens af om na te gaan wat je voelt. Succes verzekerd.
Vond je bovenstaand artikel leuk? Dan zullen deze artikelen je mogelijk ook aanspreken:
5 tips om de zondagavondblues onder controle te krijgen
Familiegedoe: vooral stress voor vrouwen
3 Meditatie oefeningen voor beginners
Karin van Leeuwen (43 jaar) schrijft vanuit uit haar eigen bedrijf De Gooise Pen en is drukker dan ooit. Heeft twintig jaar voor kranten gewerkt en schrijft blogs voor Damespraatjes. Ze woont samen met Robert Brekelmans en hun twee boenders Bob en Tom in ’t Gooi. Naast schrijven is lezen een grote hobby. De andere passie is sporten; heel wat uurtjes brengt zij door in de sportschool om een spinning-, pump-, of bodybalanceles te volgen. Sinds kort is ze regelmatig op het voetbalveld te vinden om het team van haar oudste te coachen.