Nu Bo al een paar jaar op eigen benen staat, vindt ze het extra leuk om thuis te komen voor het kerstdiner. “Dat is wel lekker luxe, ja! Mijn moeder kookt de meest heerlijke gerechten, mijn vader zet gezellig de open haard aan en leest een kerstverhaal voor. We zitten die dagen met z’n allen aan tafel, zoals we dat vroeger ook deden. Er is helaas één persoon die sinds acht jaar ontbreekt: mijn oma. En vooral mijn oom heeft het daar heel moeilijk mee…”
Heimwee
Bo komt uit een hechte familie. “Mijn broers wonen, net als ik, in Amsterdam en we spreken vaak met elkaar af. We gaan dan samen een hapje eten, winkelen of een rondje wandelen. Toen ik net in de stad kwam wonen, had ik best heimwee. Mijn broers regelmatig zien en door hen op sleeptouw genomen worden, was echt heel fijn. Dat hielp! Inmiddels woon ik daar zes jaar en is er van heimwee geen sprake meer. Maar met z’n allen in ons ouderlijk huis zijn, blijft voor mij ultiem.”
In zijn kamer
Leuk is dat de ouders van Bo nog steeds in het huis wonen waar Bo en haar broers zijn opgegroeid. “En wat het extra bijzonder maakt, is dat dit het huis is waar mijn vader is opgegroeid. Mijn opa en oma hebben het aan mijn ouders verkocht toen ik werd geboren. Zij wilden kleiner gaan wonen en mijn vader zei direct dat hij het huis graag wilde kopen. Ik had de kamer waar mijn vader vroeger sliep. Hoe cool is dat?!”
Moeilijk voor hem
Wie altijd moeite heeft gehad met de verkoop van het huis van zijn ouders, is Wouter, de oom van Bo. “Hij is de oudste broer van mijn vader. Ook hij had het huis destijds graag willen kopen, maar kon dat simpelweg niet betalen. Vroeger gooide hij er aardig met de pet naar op school en voelde ook weinig motivatie om te werken. Hij heeft al jaren een uitkering en moet rondkomen van het minimum. Een groot verschil met mijn vader; hij ging studeren en vond een goedbetaalde baan. Hierdoor kon hij op zijn veertigste het huis van mijn opa en oma kopen. Dat is altijd moeilijk geweest voor Wouter, en dat begrijp ik.”
Helemaal alleen
En dat is niet het enige wat moeilijk is voor oom Wouter. “Hij heeft geen relatie en geen kinderen en is altijd helemaal alleen… Vroeger ging hij dan ook altijd met ons mee op vakantie. We gingen met de hele familie en opa en oma betaalden dan alles voor hem. Dat heb ik destijds nooit geweten natuurlijk, maar inmiddels wel. Wouter deed altijd veel met zijn ouders. Enerzijds omdat zij alles voor hem betaalden, anderzijds omdat hij gewoon heel veel om ze gaf. En ze zijn nog steeds heel belangrijk voor hem.”
Altijd voor hem gezorgd
De oma van Bo is er al acht jaar niet meer. “En daar heeft iedereen het heel moeilijk mee. Mijn opa op de eerste plaats natuurlijk. Hij is bijna 100 jaar oud en nog behoorlijk bij de tijd. Maar wie het er toch wel het allerzwaarst mee heeft, is mijn oom Wouter. Mijn oma heeft altijd voor hem gezorgd, zelfs toen zij degene was die zorg nodig had. Mijn oom is altijd in de kind-rol gebleven en deed regelmatig een beroep op zijn ouders. En nu zij er niet meer is, is het extra zwaar voor hem. Hij mist de moeder die er altijd voor hem was.”
Niet zo gezellig
Aan de kersttafel bij de ouders van Bo thuis zit Wouter elk jaar te huilen. “Hij is een grote, stoere vent. Maar rond de feestdagen wordt hij emotioneel. Steeds zit hij te huilen als het aan tafel over oma gaat. Ook merk ik dat hij nog steeds moeite heeft met het feit dat zijn broer in het ouderlijk huis woont en niet hij. Het is heel onaardig om te zeggen, maar met oom Wouter is het eigenlijk gewoon helemaal niet zo gezellig.”
Praat over zichzelf
Dat Wouter steeds zit te huilen, is niet het enige waar Bo best klaar mee is. “Hij praat ook alleen maar over zichzelf. Over hoe zijn uitkering te laag is. Hoe hij niet rondkomt. Met wie hij ruzie heeft gehad in de supermarkt. En hij kan ook behoorlijk onaardig doen tegen mijn vader. Zijn nieuwe auto bekritiseren bijvoorbeeld. Of hij zegt tegen mijn moeder dat mijn oma ‘dit gerecht toch echt beter maakte’. Ik zie heus wel waar dat gedrag bij hem vandaan komt. Maar stiekem hoop ik ook dit jaar dat ik niet naast oom Wouter hoef te zitten…”
Afbeelding: Unsplash+
Joris -
En wat zegt Wouter als iemand uit het gezelschap na een klaagzang over de te lage uitkering suggereert om een baan te zoeken, zodat zijn inkomsten zijn uitkering kunnen overstijgen? Afhankelijk van zijn moedertje, afhankelijk van de staat. Is hij misschien laagbegaafd?