De Voedsel en Waren Autoriteit (VWA) vindt dat de veiligheid van de wensballon verbeterd moet worden. Sinds 2007 is de ballon in Nederland te koop en de populariteit neemt toe. De wensballon is een lampion die, net als bij de hete luchtballon, werkt op het principe dat warme lucht stijgt. De lucht in de ballon wordt verwarmd door een open vlam die onder de ballon hangt. De VWA onderzocht de brandbaarheid van het product en de veiligheid bij het aansteken, de vlucht en het landen. Ook stelde het bureau Risicobeoordeling van de VWA een aantal ongevalscenario’s op die zich hebben voorgedaan of zich kunnen voordoen met het product. De berekende kans op een ernstige afloop is vrij klein. Dat verklaart mogelijk waarom er in Nederland nog geen branden zijn toegeschreven aan wensballonnen en er geen ernstige letsels bekend zijn. Maar in bepaalde situaties is het risico zeker niet verwaarloosbaar.
Onderzoek
Er zijn 11 wensballonnen onderzocht. 5 daarvan waren behandeld met een brandvertragend middel. Deze ballonnen raken moeilijker in brand en doven sneller. Om de ballon te laten stijgen moet de ballon gedurende enkele minuten recht boven de brander worden gehouden. Bij harde wind is dat moeilijk en kan dat leiden tot een brandgevaarlijke situatie voor de gebruiker. Al bij een windkracht van 2 Beaufort is de wensballon aan het begin van de vlucht instabiel. Bij een hardere wind neemt de kans toe dat de ballon verder kantelt en daardoor vlam vat.
Risicobeoordeling
Het bureau Risicobeoordeling van de VWA adviseert maatregelen te nemen om risico’s van de wensballon terug te dringen en noemt in zijn advies 3 opties voor de huidige typen wensballonnen. Dat zijn: een verbod op het oplaten, een verbod op het verhandelen of een dringende waarschuwing aan gebruikers. Het bureau Risicobeoordeling wijst erop dat waarschuwingen in de praktijk waarschijnlijk niet door alle gebruikers worden opgevolgd.
De VWA kiest voor twee sporen; voor de korte termijn moeten consumenten nadrukkelijker worden gewaarschuwd voor de risico’s van de huidige wensballonnen. Daarnaast is de VWA in gesprek met de importeurs over noodzakelijke productaanpassingen om de veiligheid van de wensballon te verbeteren.
Maatregelen
Volgens de Warenwet moet de producent een veilig product aanbieden aan de consument. Mogelijke gevaren van zijn product moet hij wegnemen of reduceren. Het onderzoek van de VWA toont aan dat de huidige generatie wensballonnen hieraan niet voldoet. De importeurs krijgen de gelegenheid verbeteringen door te voeren. De nieuwe typen wensballonnen worden opnieuw beoordeeld op de veiligheid.
Nu geldt een overgangsfase tot de beoordeling van de aangepaste wensballon. Op de huidige wensballonnen komt een sticker die de gebruiker extra waarschuwt voor de brandrisico’s. De huidige wensballon met waarschuwingssticker mogen nog tot het voorjaar van 2010 worden verkocht. Met de leveranciers worden hierover afspraken gemaakt. Inmiddels is al wel de import van de huidige typen wensballonnen gestopt. De aangepaste wensballonnen verschijnen op de markt zodra er overeenstemming is over de veiligheidsvereisten. Naar verwachting is dit begin 2010.
Volg gebruiksaanwijzing op
De consument verkleint de mogelijke risico’s door veilig gebruik van de huidige generatie wensballonnen. De consument is verantwoordelijk voor het opvolgen van de gebruiksaanwijzing. Het is belangrijk de ballon in een open ruimte op te laten in een niet te droge periode. Laat de wensballon alleen op als het niet regent en de windkracht moet 2 Beaufort of lager zijn. Kijk de ballon zolang mogelijk na zodat bij gevaar nog kan worden ingegrepen.
Verbod in Duitsland en Oostenrijk
Een aantal Europese lidstaten heeft het oplaten of het verhandelen van wensballonnen verboden (Duitsland en Oostenrijk). Dit verbod is van meer principiële aard: ongeacht het risico wil men geen nieuw gevaar introduceren in de maatschappij.