Marja heeft het super naar haar zin in haar nieuwe baan. De werktijden zijn perfect en ze heeft leuke collega’s en een aardige baas. Toch is er iets waardoor zij enorm in verlegenheid is gebracht.
Droombaan
Eindelijk heeft Marja weer zin om naar haar werk te gaan. “Drie weken geleden ben ik gestart bij de gemeente als administratief medewerker. Ideaal! Ik kan er op de fiets heen, heb super leuke collega’s en deze baan is goed te combineren met mijn gezin. Dat was in mijn vorige baan niet te doen: ik moest een uur heen en terug met het openbaar vervoer en dat was behoorlijk stressvol. Nu fiets ik ’s ochtends fluitend ernaar toe. Echt een verademing. Ik heb nu meer tijd ’s avonds omdat ik niet zo laat thuis ben. Dus kan ik koken en kunnen we rustig aan tafel de dag doornemen.”
Heel nieuwsgierig
Alles vindt ze leuk aan haar nieuwe job. “Het stadskantoor ligt midden in het centrum, dus als ik zou willen kan ik tijdens de lunch even naar buiten om een broodje te kopen of om een wandelingetje te maken. Maar ook inhoudelijk geniet ik van mijn baan, het daagt me uit en ik ben gewoon heel enthousiast. Ik ben nieuwsgierig, wil al mijn collega’s goed leren kennen en natuurlijk het bedrijf ook.” De bijeenkomst die vorige week werd gehouden was dan ook koren op de molen van Marja. “Het was een bespreking waarbij het hele team aanwezig moest zijn. De plannen voor het komende jaar werden door mijn directeur uit de doeken gedaan en er werd gesproken over de doelstellingen. En vooral hoe we die met z’n allen kunnen bereiken.”
Waarom kijkt hij steeds?
De plannen, maar vooral de presentatie van de directeur, waren echt goed en Marja luisterde enorm geïnteresseerd. Niet in de laatste plaats omdat alles nieuw is voor haar. Blijkbaar ontging de interesse die zijn nieuwe medewerker toonde de directeur ook niet. “Nee, Dirk-Jan, mijn directeur, bleef maar mijn kant opkijken tijdens zijn presentatie. Best opvallend als je je bedenkt dat we met vijftien collega’s in de vergaderruimte waren.” De blikken van Dirk-Jan bleven de ogen van Marja maar zoeken waardoor ze op een goed moment niet meer wist waar ze moest kijken.
Ik ben er niet hoor
“Ken je dat? Dat je geïnteresseerd naar iemand luistert en dat diegene dat in de gaten heeft en denkt: zij luistert, ik kijk haar gewoon aan. Nou zo ging dat. Soms dan keek ik snel om me heen om maar niet naar Dirk-Jan te kijken, maar als ik mijn hoofd dan weer omdraaide, ving hij mijn blik weer onmiddellijk. Het begon mijn collega’s ook op te vallen want zij keken steeds naar mij.” Om zijn blik te ontwijken, doet Marja net alsof ze aantekeningen maakt. “Op een gegeven moment durfde ik niet meer terug te kijken en zelfs als ik deed alsof ik aantekeningen maakte, bleef hij maar mijn kant op praten. Ik werd er echt verlegen door.”
Kijk maar uit
Een beetje opgelucht is Marja wel als de vergadering is afgelopen. Ze sneakt de ruimte uit. “Maar na afloop kwamen collega’s naar mij toe. Ze vroegen mij of ik Dirk-Jan al langer kende omdat dat tijdens de vergadering zo overkwam. Ik antwoordde dat dat niet het geval was en ik Dirk-Jan voor het eerst ontmoette tijdens mijn sollicitatiegesprek. Mijn naaste collega Marijke vond de klik tussen Dirk-Jan wel heel groot. ‘Kijk maar uit’, knipoogde ze naar me, maar ik weet niet zo goed wat ze daarmee bedoelt. Haar opmerking heeft me wel aan het denken gezet, want het lijkt nu net of ik als nieuwe een wit voetje bij de directeur probeer te halen. En dat is helemaal niet zo, ik ben gewoon enthousiast.”
Wat ongemakkelijk zeg
Marja is in dubio. Wat moet ze nou? “Ik overweeg om een gesprek met Dirk-Jan in te schieten om het erover te hebben. Maar dat vind ik tegelijkertijd heel lastig. Komt dat niet een beetje opschepperig over, zo van: ja, je kijkt mij steeds aan tijdens je presentatie. En kan ik het maken als newbee om te vragen of hij dat niet meer wil doen omdat ik me daardoor heel ongemakkelijk voel? Volgens mij doet hij het niet met opzet, hij is gewoon getrouwd enzo, maar ik denk dat hij niet doorheeft dat hij steeds mijn kant op kijkt. Ik voel me er echt rot over en heb het idee dat ik me continu moet verdedigen bij mijn collega’s.
Herken je dat? Je bent bij een lezing en de gast kijkt jou de hele tijd aan tijdens zijn praatje. Wat doe je? Wat voel je? Wat raad je Marja aan te doen? Gewoon naar haar directeur en het bespreekbaar maken? Of moet ze de volgende presentatie eerst afwachten en als het dan nog steeds zo is, dan in actie komen? Wat zou jij doen? We zijn heel benieuwd dus praat mee in de comments onder dit artikel.
Afbeelding: Unsplash+
Joris -
Willemijn de Man, wat is er ‘ambtenarentaaltje’ aan het inschieten van een vergadering?