Waar haal je de inspiratie voor je boeken vandaan? Deze vraag wordt me vaak gesteld. En dan moet ik in alle eerlijkheid antwoorden dat ik absoluut geen idee heb. Ik ben dan ook dolblij dat ik nu bezig ben met een nieuwe roman en eindelijk een keer kan uitleggen waar ik de inspiratie voor dit boek heb opgedaan.
Toen ik ging studeren (lang geleden) twijfelde ik tussen rechten en kunstgeschiedenis. Het werd rechten, maar de kunst bleef trekken en vijf jaar geleden ben ik begonnen met de eerste cursussen bij de Vrije Academie. Het leek me een fijne hobby voor in de avonduren, al was ik wel een beetje bang voor arty-farty, intellectueel, snobistisch geneuzel.
Tijdens de eerste les beamerde de docent een prachtig schilderij op de muur en zei: ‘Wat zien jullie?’
Om mij heen hoorde ik mijn medecursisten – zo’n beetje allemaal rond de pensioengerechtigde leeftijd – kunstjargon uitbraken waar ik nog nooit van had gehoord, allemaal eindigend op een -isme. Volgens een dame hadden we hier te maken met een post-impressionistisch werkje grenzend aan het kubisme, neigend naar het tubisme.
‘Nee,’ zei de docent. ‘Wat ZIE je?’
Het was heel lang stil totdat iemand fluisterend opmerkte dat ze een schaap zag en een boom. Ze hield haar hoofd een beetje scheef, dus dat deed ik ook en ik meende een ezel en een struik in het geheel te ontdekken. Die les moesten we alleen maar kijken en beschrijven wat we zagen.
Dit was mijn eerste kennismaking met kunstonderwijs en ik haalde opgelucht adem, ook al was het nog helemaal niet zo eenvoudig om alleen maar te kijken en te beschrijven. We zijn namelijk zo geneigd om overal meteen een etiket op te plakken dat we verleerd hebben om alleen maar te kijken. Als je kijkt zonder oordeel (op een bijna kinderlijke manier) ga je opeens weer zien hoe betoverend mooi de simpelste dingen eigenlijk zijn. Het heeft letterlijk mijn kijk op de wereld veranderd.
Als de eerste blaadjes aan de boom verschijnen, kun je natuurlijk vaststellen dat het lente wordt, maar je kunt je ook verbazen over de vorm en de geweldige kleur groen. Die man in een rolstoel is geen gehandicapte, maar een mens met prachtige grijze ogen. Want dat is wat je ziet als je bereid bent om hem aan te kijken. Al deze cursussen in de avonduren hebben me natuurlijk niet alleen geleerd om te kijken. Ik heb ook een ongelofelijke hoeveelheid namen, jaartallen en stromingen tot me genomen. Die ik allemaal weer ben vergeten. Maar wat me vooral is bijgebleven zijn de prachtige verhalen. Verhalen over het kunstwerk zelf en de verhalen over de getormenteerde levens van de kunstenaars. Als er iets inspirerend is voor een schrijver dan zijn het wel die verhalen.
En dan zijn er nog de komische art-fenomenen. De kopers, de galeriehouders, de kunstbeursbezoekers, de musea, de deskundigen – en zij die zich deskundig vinden – en niet te vergeten de cursisten kunstgeschiedenis die urenlang op houten stoelen in zweterige ROC-zalen naar docenten luisteren. Zoals de verhalen over kunst me inspireren, zo zorgen de art-fenomenen voor de broodnodige humor. En dat laatste is iets waar ik niet zonder kan. En dan is er nog het kunstwerk zelf. Soms kan een schilderij me ontroeren, verwonderen of verafschuwen. En dat maakt kunst zo mooi. We mogen ervan vinden wat we willen.
Ik ben van mening dat als iets je veel heeft gebracht, je in ieder geval de moeite mag nemen om dat uit te dragen. Om die reden vormt kunst het thema van de roman waar ik momenteel aan werk. Twee liefdes samenbrengen. De liefde voor de kunst en de liefde voor het schrijven. Hoe mooi kan het zijn?
Astrid Harrewijn woont met haar gezin in Hilversum. Ze heeft rechten gestudeerd en houdt zich nu bezig met vertalen en lesgeven. Zij deed in het voorjaar van 2006 mee aan de Jill Mansell schrijfwedstrijd, georganiseerd door het weekblad Flair en uitgeverij Sijthoff. Uit meer dan honderd inzendingen werd haar werk uitgekozen als de allerbeste en allerleukste roman. Dat was het begin van een zeer succesvolle schrijverscarrière. Inmiddels heeft Astrid 7 boeken op haar naam staan. Voor meer informatie over Astrid Harrewijn, www.astridharrewijn.nl
Museumplein is de werktitel van het boek waar Astrid Harrewijn momenteel aan werkt. Je kunt op Facebook het hele proces van idee tot roman volgen.
Deze column schreef Astrid Harrewijn speciaal voor Damespraatjes