Hooikoorts wordt veroorzaakt door een overgevoeligheid voor pollen in de lucht. Wanneer deze pollen in aanraking komen met het slijmvlies in je neus, ogen en oren, kan dit voor een allergische reactie zorgen. Je kunt je hier flink ziek door voelen en dat is natuurlijk vervelend. Wanneer je last van de hooikoorts krijgt, is afhankelijk van het type pol waar je allergisch voor bent. Zo zullen mensen met een overgevoeligheid voor bomen in het voorjaar last krijgen en mensen met een overgevoeligheid voor bloemen en kruiden in het najaar.
1. Ontdek waar je allergisch voor bent
Zoals hierboven al aangegeven, heb je niet altijd last van dezelfde stoffen in de lucht. Sommige mensen zijn alleen gevoelig voor de pollen van bloemen, andere mensen worden overal ziek van en weer een ander heeft nergens last van. Houd bij wanneer je last hebt en schrijf dit op. Zo kan je in een pollenkalender opzoeken wanneer jij hoogstwaarschijnlijk last gaat krijgen. Ook middels een allergie-test kun je erachter komen wat jouw allergie is.
2. Houd rekening met het weer
Op warme en winderige dagen hebben de meeste mensen meer last van hooikoorts dan op regenachtige dagen. De regen spoelt de pollen weg uit de lucht, terwijl de wind de pollen juist sneller verspreidt. Is het een droge, winderige dag in de periode wanneer jij last hebt? Blijf dan zo veel mogelijk binnen.
3. Neem een anti-allergiepil
Wil je niet binnenblijven? Logisch. Bij de apotheek en drogisterij kan je anti-allergiepilletjes kopen die de vervelende symptomen bestrijden. Het werkt niet bij iedereen even goed, maar het is zeker het proberen waard!
4. Houd je ramen en deuren zo veel mogelijk gesloten
Buiten kan je weinig aan de pollen veranderen. Gelukkig kan je het thuis wel redelijk beïnvloeden! Houd je ramen en deuren zo veel mogelijk gesloten om te zorgen dat de pollen niet je huis inkomen. Wel zo fijn om in je eigen huis nies- en huilvrij te kunnen rondlopen.
5. Neem immunotherapie
Werken deze tips niet of wil je een meer permanente oplossing voor het probleem? Ga dan eens met je huisarts in gesprek over immunotherapie. Bij deze vorm van therapie krijg je een steeds groter wordende hoeveelheid pollen geïnjecteerd, waardoor er (gedeeltelijke) immuniteit tegen de stof kan ontstaan.