Toen Rea (15) en Yonas (11) klein waren, waren ze gek op hun moeder. Yonas komt nog steeds regelmatig lekker bij Carla op de bank zitten. “Hij vertelt graag over school, wat hij met zijn vrienden heeft gedaan, en hij vindt het nog steeds fijn om even te knuffelen,” vertelt Carla. Met dochter Rea is dat de afgelopen jaren heel anders geworden. “Ze snauwt vaker dan dat ze praat, is brutaal en tot overmaat van ramp wil ze niet meer met mij de stad in.”
Stukje achter me lopen
Volgens Carla doet Rea er alles aan om niet met haar gezien te worden. “Als we wél samen naar buiten moeten, bijvoorbeeld omdat we iets moeten kopen, loopt ze expres een paar meter achter me. Alsof we vreemden zijn. Als ik haar roep, zegt ze dat ze ‘gewoon rustig loopt’, maar ik weet wel beter. Ze wil niet dat mensen denken dat ze bij mij hoort.”
Alternatieve stijl
Carla kleedt zich anders dan de meeste moeders in haar omgeving. “Ik ben altijd een beetje alternatief geweest. Ik vind het leuk om op te vallen. Ik verf mijn haar met henna rood, draag kleurrijke, soms wat gekke jurken en sieraden die ik op markten of op vakantie koop. Voor mij is dat gewoon wie ik ben.” Maar Rea denkt daar heel anders over. “Zij is een echt meisje-meisje: ze houdt van hippe spijkerbroeken, merksneakers en zachte truien in neutrale kleuren. Ze vindt mijn kleding ‘walchelijk’, zoals ze dat zelf noemt. Ze zegt letterlijk: ‘Als je eens iets normaals aantrekt, loop ik naast je.’”
Geen zin in winkelen
Waar ze vroeger nog samen door de stad slenterden, kleding pasten en een ijsje haalden, is daar nu niets meer van over. “Als ik vraag of ze mee wil, zegt ze meteen ‘nee’. Soms zegt ze dat ze geen tijd heeft, maar vaak voegt ze er ook aan toe: ‘Ik wil niet met jou de stad in, mam. Ik schaam me kapot.’ Dat doet pijn. Je wil graag dingen samen doen, maar als je kind aangeeft dat jíj het probleem bent, voelt dat best hard.”
Puberfase
Carla weet dat vijftien een leeftijd is waarop veel tieners zich losmaken van hun ouders. “Ik herken het ook wel van vroeger. Toen ik zelf vijftien was, vond ik mijn moeder soms ook ouderwets en gênant. Alleen was het in mijn geval meer om wat ze zei of deed, niet om hoe ze eruitzag. Bij Rea lijkt dat juist het grootste struikelpunt.”
Discussie over kleding
Het onderwerp kleding komt regelmatig ter sprake. “Laatst gingen we samen naar mijn zus, omdat die jarig was. Ik had een felgroene rok aan met een oranje trui; ik vond het een geweldige combinatie. Rea keek me aan en zei: ‘Serieus mam? Ga je daar zo naartoe?’ Toen ik vroeg wat er mis mee was, rolde ze met haar ogen en liep weg.” Volgens Carla mondt zo’n gesprek vaak uit in een discussie. “Ik wil niet dat zij bepaalt wat ik draag. Ik ben vijfenveertig, ik mag mezelf zijn. Maar zij vindt dat ik rekening moet houden met hoe het op háár afstraalt als we samen ergens zijn.”
Overleggen met vriendinnen
Carla heeft het ook met haar vriendinnen besproken. “De een zegt: ‘Ach joh, het is een fase, trek je er niks van aan.’ De ander vindt dat ik me best een beetje kan aanpassen als we samen op pad gaan. Maar ik weet niet of ik dat wil. Het voelt alsof ik een stukje van mezelf moet opgeven om haar tevreden te stellen.”
Momenten van verbondenheid
Gelukkig zijn er nog wel momenten waarop Rea wél haar moeder opzoekt. “Als er iets misgaat op school, of ze ruzie heeft met een vriendin, dan komt ze wel naar me toe. Dan zitten we samen aan tafel met een kop thee. Op die momenten zie ik dat kleine meisje van vroeger nog terug. Dan wil ik haar vasthouden en zeggen dat alles goedkomt. Maar zodra ze zich weer beter voelt, neemt de afstand ook weer toe.”
Yonas doet het anders
Het verschil met haar zoon Yonas is groot. “Hij vindt alles leuk wat ik doe. Hij zegt juist dat hij mijn kleding ‘cool’ vindt en dat zijn vrienden mij een grappige moeder vinden. Soms vraagt hij zelfs of ik mee ga naar de stad, omdat hij iets wil kopen. Dat maakt het contrast met Rea alleen maar groter.”
Een gesprek in de keuken
Laatst probeerde Carla het gesprek met Rea aan te gaan. “Ik zei: ‘Weet je, ik vind het echt jammer dat je je voor mij schaamt.’ Ze keek op van haar telefoon en zei: ‘Je begrijpt het niet, mam. Mensen kijken gewoon raar naar je. En dan naar mij, alsof ik ook zo ben.’ Toen vroeg ik: ‘En als ik een spijkerbroek aantrek en een beige top, is het dan opgelost?’ Ze haalde haar schouders op en zei: ‘Misschien wel.’” Carla moest daar even van slikken. “Ik dacht: dus voor haar draait het niet om míj als persoon, maar om het plaatje dat anderen zien.”
Voorlopig even zo
Voor nu laat Carla het onderwerp rusten. “Ik blijf me kleden zoals ik wil, maar als we samen naar een plek gaan waar zij veel mensen kent, probeer ik een iets minder uitgesproken outfit te kiezen. Dat voelt als een compromis. Misschien dat ze later inziet dat jezelf zijn belangrijker is dan in de smaak vallen bij anderen. Tot die tijd hoop ik dat ze zich langzaam wat minder voor me gaat schamen.”
Afbeelding: Freepik
Joris -
Is ‘walchelijk’ iets anders dan walgelijk?
Verder kun je je best een beetje aanpassen om haar tegemoet te komen; in relaties is het altijd geven en nemen. Als je alleen maar neemt (je eigen stijl doordrukt), is het gevolg dat zij niet met je gezien wil worden (terecht of onterecht in het midden latend). Aan jou de keuze.