Milou heeft een leuk leventje: ze werkt parttime bij een reclamebureau, is getrouwd met Dick en ze hebben geen kinderen. “We zijn altijd zo vrij als een vogeltje en dat bevalt me prima.” De laatste tijd voelt Milou zich echter een soort van gekooid door een oude kennis die in dezelfde straat is komen wonen. ‘Hallo, het is niet mijn kind hoor.’
We waren toe aan rust
Jarenlang woonde Milou in Amsterdam. “Ik vond het er heerlijk. Ik leerde Dick tijdens mijn studie kennen en we hebben op verschillende plekken in de stad gewoond. Regelmatig waren we in de kroeg te vinden, gingen naar het theater en pakten minimaal een film per week. Toen we afgestudeerd waren en goede banen kregen, werd de stad opeens te druk en te benauwd voor ons. We besloten Amsterdam te verlaten en in een dorpje niet ver er vandaan te gaan wonen.” Het bleek een juist besluit want tot op de dag van vandaag voelen ze zich heerlijk in het dorp onder de rook van Amsterdam.
Wel de lusten niet de lasten
Ze hadden graag kinderen gewild maar die zijn er niet gekomen. “Nee, kinderen zijn ons kennelijk niet gegund. Ik ben daar heel lang verdrietig over geweest maar inmiddels heb ik me erbij neergelegd en geniet ik enorm van ons leven samen. In onze straat wonen ook wat kinderen en soms komen die bij ons langs om te spelen; zo schattig. Het fijne is dat als we daar zin in hebben kan het, en als we even alleen willen zijn, sturen we de kinderen gewoon weer terug naar hun ouders. Mooi toch?”
Nou ja, hoe is het mogelijk!
Verbaasd was Milou toen een oude bekende uit Amsterdam opeens door de straat fietste. “Marian? Zag ik haar nou fietsen? Dat zal toch niet?” Maar het was wel zo. Oude bekende Marianne had een huis gekocht in dezelfde straat als Milou. “Hoe was het mogelijk! Marianne leerde ik kennen in onze stamkroeg in Amsterdam. We waren niet hele dikke vriendinnen maar als we elkaar zagen, was het altijd gezellig. Toentertijd was ze getrouwd met Luuk en het leek een heel happy stel. Steady ook.” Als Milou Marianne weer op straat ziet, roept ze haar. “Marianne was net zo verbaasd. Hoe was het mogelijk! In het zitje achterop zat een vrolijk jochie van een jaar of vier. Het was Toon, het zoontje van Marianne. Ze vertelde dat ze was gescheiden en dat ze het beter voor Toon vond om in een wat rustigere omgeving dan Amsterdam op te groeien.”
Hij wil heel graag bij jou spelen
Vanaf het moment dat Marianne weet waar Milou woont, wipt ze regelmatig even langs. Soms voor een bak koffie, maar meestal om Toon te stallen. In het begin vindt Milou het geen probleem en eigenlijk best gezellig dat het jochie bij haar is. “Maar inmiddels word ik het een beetje zat. Want nu staat ze elke keer bij ons voor de deur met haar zoontje. Dan zegt ze: ‘Ja, Toon wil heel graag bij jullie spelen, geen probleem toch?’ En voordat ik haar kan antwoorden, is Toon al naar binnen gehold en zit zij alweer op de fiets. Ze roept dan nog dat ze hem over een uurtje komt halen, maar haar uren hebben klaarblijkelijk niet evenveel minuten als die van mij.”
Ik leg de babyfoon bij jullie, goed?
Dick vindt het eigenlijk maar niks dat het buurjongetje steeds komt spelen of wordt gedropt door zijn moeder. “Het gemak waarmee ze aanbelt en zegt: ‘Ik moet onverwachts naar mijn werk, mag hij hier even blijven totdat zijn vader hem komt halen?’ of ‘Mag ik de babyfoon vanavond bij jullie achterlaten? Ik ga eten met vriendinnen maar heb geen oppas’. Echt, ze zegt het zonder met haar ogen te knipperen.” Milou wordt steeds erg overvallen door de vragen en heeft eigenlijk helemaal geen zin om steeds met Toon opgescheept te zitten. “Ik krijg het idee dat ik een soort gratis oppas ben. Lekker makkelijk, ik moet even weg, ik breng mijn kind wel even bij de buuf. Onder het mom van: ‘Toon is zo graag bij jullie’ probeert ze op mijn gevoel in te spelen. Heel naar vind ik dat.”
Ik wil dit niet. Echt niet.
Eigenlijk kan Milou geen weerstand bieden aan Marianne en is ze inderdaad een gratis oppas. “Dick vindt dat ik harder moet worden en gewoon moet zeggen dat ik er geen zin in heb. Ik vind dat lastig omdat ik Milou niet voor haar hoofd wil stoten. Het ligt niet in mijn aard om onaardig te doen, zo ben ik namelijk niet. Mensen helpen vind ik fijn, maar zij gaat over mijn grens en ik weet niet hoe ik haar kan stoppen zonder heel bot te zijn.”
Doe jij soms dingen voor anderen die je eigenlijk liever niet zou doen? Kun jij je grenzen goed bewaken? Hoe doe je dat? En wat raad je Milou aan? Hoe kan zij omgaan met de doorduwende buuf? Praat mee in de comments onderr dit artikel.
Dianne’s zoons kijken op haar neer: “Ze lachen me in mijn gezicht uit!”
Regelmatig krabde Dianne zichzelf achter haar oren toen haar Jurre en Bas van de basisschool met huiswerk thuiskwamen. “Ik had vroeger op de basisschool nooit huiswerk op het voorbereiden van een spreekbeurt of werkstuk na. Dat was bij mijn jongens wel anders. Soms moest ik het heel goed lezen en wist ik het eigenlijk ook niet. Dat was toen ze klein waren geen probleem. Inmiddels lachen ze me uit. Ik voel me dan zo onnozel…. VERDER LEZEN”
Hanneke -
Wordt mijn antwoord niet begrepen?