Toen Renate (34) vijf maanden geleden in de sportschool een gewichtje op haar teen liet vallen, was Jonas de eerste die te hulp schoot. “Ik stond daar met tranen in mijn ogen van de pijn, en hij kwam direct aangelopen. Hij tilde het gewicht weg, hielp me zitten en keek of alles nog goed zat. Daarna bood hij aan om me naar huis te brengen. Dat vond ik eerst een beetje overdreven, maar hij stond erop. In de auto hebben we zó gelachen, alsof we elkaar al jaren kenden.” Eenmaal thuis bleek de schade mee te vallen, maar de klik tussen hen bleef. “Hij appte me de volgende dag om te vragen hoe het ging. Eén berichtje werden er twee, twee werden er twintig… en voor ik het wist hadden we dagenlange gesprekken via WhatsApp. Ik voelde al snel dat er iets bijzonders was.”
Liefde met een randje
Na een paar weken spraken ze voor het eerst samen af. “We gingen een wandeling maken in het bos en daarna koffie drinken. Toen hij me voor het eerst kuste, dacht ik: dit is het. Ik voelde iets wat ik in jaren niet had gevoeld.” Maar er zat een addertje onder het gras. “Op die eerste date vertelde hij dat hij getrouwd is. Mijn hart zakte naar mijn schoenen. Ik dacht: dit wil ik niet. Maar tegelijkertijd voelde het zo goed, en hij stelde me gerust door te zeggen dat hij en zijn vrouw al jaren apart leven, maar samenblijven totdat de kinderen 18 zijn. Hij zei ook dat ze allebei vrij zijn om andere mensen te zien.” Renate wilde hem geloven. “Ik vroeg of zijn vrouw dit écht wist en hij zei van wel. Ik heb geen reden gehad om daaraan te twijfelen, want hij praat er heel open over. Toch knaagt het aan me. Ik voel me soms schuldig, maar de verliefdheid wint het steeds.”
Alleen achter gesloten deuren
De relatie tussen Renate en Jonas ontwikkelde zich snel. “We zien elkaar nu twee keer per week. Hij komt meestal naar mij toe, we koken samen, kijken een film of doen gewoon lekker niks. Het voelt vertrouwd en fijn. Maar… we doen alles binnenshuis. Hij wil niet mee uit eten, niet samen naar de bioscoop en al helemaal niet mee naar mijn familie. Dat is best moeilijk voor mij.” Renate vertelt dat ze laatst een etentje had met haar ouders en broer. “Ik wilde hem meenemen, want ik ben echt trots op hem en wil dat mijn familie weet hoe gelukkig ik ben. Maar toen ik het voorstelde, zei hij: ‘Dat is niet slim, Renate. Ik wil niet dat iemand ons samen ziet. Het is beter zo.’ Ik probeerde nog: ‘Maar mijn ouders zouden je geweldig vinden.’ Hij bleef bij zijn standpunt: nee.”
Botsende werelden
Renate vindt het lastig dat haar relatie zo geheimzinnig moet blijven. “Als mijn vriendinnen vragen waarom ik geen foto’s van ons samen heb, moet ik altijd iets verzinnen. Ik haat dat. Ik wil hem gewoon vastpakken op straat, samen ergens koffie drinken of met hem naar een verjaardag. Maar hij zegt dat het te veel risico is. Hij wil niet dat iemand uit zijn omgeving ons samen ziet, omdat het dan misschien bij zijn kinderen of familie terechtkomt.” De situatie zorgt voor spanning. “Ik voel me soms een geheim. Hij zegt wel dat hij van me houdt, maar waarom mag dan niemand weten dat we samen zijn? Hij zegt dat het niets met mij te maken heeft, maar met de situatie. Dat ik geduld moet hebben. Soms denk ik: hoe lang dan? Zijn kinderen zijn nu 13 en 15… moet ik dan nog jaren wachten voordat ik hem écht kan delen met de wereld?”
Je verdient beter
Renate heeft haar twijfels besproken met haar beste vriendin. “Zij zegt: ‘Renate, je verdient beter. Jij bent een leuke, lieve vrouw en je hoeft niet tweede keuze te zijn.’ Ik weet dat ze ergens gelijk heeft, maar het is zo moeilijk. Ik ben zo verliefd. Jonas geeft me het gevoel dat ik speciaal ben. Hij stuurt me lieve berichtjes, komt met bloemen, helpt me met alles. Maar het blijft wringen dat ik hem niet kan meenemen naar belangrijke momenten in mijn leven.”
Hoop en twijfel
Renate droomt soms over een toekomst samen. “Ik zie ons in een huisje, gewoon normaal, zonder geheimen. Hij zegt ook dat hij dat wil, maar dat de timing nu niet goed is. Soms denk ik: geloof ik hem omdat ik dat wil geloven? Of is het echt zo?”
Afbeelding: Freepik
Joris -
Haha, Martine. Mooi verwoord. Ik hoop dat je het sarcastisch bedoelt, maar twijfel even.