Jolijn zat nog na te denken over wat er eerder die dag was gebeurd. Het was zo’n klein ding, dat briefje van vijf euro, maar toch bleef het in haar hoofd rondspoken. “Ik had het klaargelegd voor mijn dochter,” vertelt ze. “Gewoon om straks iets leuks te kopen bij de supermarkt. Maar toen kwam de buurvrouw even op de koffie, en na haar bezoek was het briefje ineens weg. Echt, nergens te vinden.”
Even koffie drinken
De buurvrouw is verder een prima vrouw, altijd vriendelijk, altijd lachend. Ze komt regelmatig even langs om een kopje koffie te drinken of een praatje te maken. “Normaal is het gezellig,” zegt Jolijn. “We drinken wat, kletsen over van alles, en daarna gaat iedereen weer naar huis. Maar vandaag voelde ik meteen dat er iets mis was. Ik had alles netjes op het aanrecht gelegd, ook het briefje. En toen ze weg was, was het weg.”
Maar het is maar vijf euro
Jolijn weet dat vijf euro eigenlijk niks is. “Het is echt niet om het geld, dat weet ik ook wel. Het gaat meer om het idee dat iemand zomaar iets pakt wat niet van haar is. Het voelt alsof mijn vertrouwen is beschaamd. Terwijl we verder altijd goed met elkaar omgaan.” Ze piekert erover of ze het maar moet laten rusten. “Misschien heb ik het zelf verplaatst of per ongeluk in mijn tas gestopt. Dat kan ook. Maar elke keer als ik eraan denk, krijg ik zo’n irritant gevoel. Het briefje is klein, maar de gedachte dat iemand die ik ken zoiets doet, dat voelt stom.”
Ga ik erover praten?
Jolijn twijfelt of ze het moet aankaarten bij de buurvrouw. “Aan de ene kant wil ik het gewoon vergeten. Het is maar vijf euro, en ik wil geen ruzie of ongemakkelijke sfeer. Aan de andere kant vind ik dat iemand eerlijk moet zijn. Als het een vergissing is, kan ze het teruggeven. Als het expres is, dan moet ik weten waar ik aan toe ben.” Ze overweegt een casual vraag: “Misschien iets zeggen als: ‘Hé, heb je toevallig dat briefje van vijf gezien dat ik hier had liggen?’ Zo kan ik het een beetje luchtig brengen, zonder dat het een beschuldiging wordt. Maar ik weet ook dat ik me ongemakkelijk ga voelen als ze zegt dat ze het niet weet.”
Het kleine maar vreemde gevoel
Het vreemde aan zo’n situatie vindt Jolijn dat het iets kleins is, maar toch blijft hangen. “Normaal kijk je zoiets niet na, maar nu kan ik het gewoon niet loslaten. Het briefje is verdwenen, en mijn gedachten draaien steeds terug naar dat moment dat ze weg was. Het voelt stom, want het is zo’n klein bedrag, maar ik kan het niet helpen. Het geeft een raar gevoel van wantrouwen.” Ze lacht een beetje schamper. “Ik weet dat het overdreven klinkt. Vijf euro! Maar het is het idee. Het gaat om eerlijkheid, om respect voor elkaar. En als dat weg is, voelt alles meteen anders.”
Een kleine beslissing met grote impact
Jolijn heeft nog geen beslissing genomen. “Misschien laat ik het gewoon zo. Ik kan mijn dochter toch iets anders geven en de situatie vergeten. Of misschien probeer ik het te bespreken, gewoon om mijn gevoel te delen en te kijken hoe ze reageert. Het is maar vijf euro, maar het voelt alsof er meer op het spel staat.” Ze zucht en kijkt uit het raam, naar de tuin waar haar dochter buiten speelt. “Het is raar hoe zoiets kleins zo’n groot effect kan hebben op je gemoed. En tegelijk denk ik: misschien moet ik gewoon relativeren. Uiteindelijk gaat het om ons dagelijks leven, om leuke dingen met elkaar doen, en niet om een briefje van vijf.”
De twijfel blijft
Jolijn weet dat ze deze vraag nog even met zichzelf zal uitvechten. “Laat ik het maar zo of zeg ik er iets van? Het is een eeuwige cirkel in mijn hoofd. Misschien doe ik niks, misschien vraag ik het. Maar één ding weet ik wel: het heeft me aan het denken gezet over vertrouwen, zelfs in kleine dingen. En dat is misschien belangrijker dan het geld zelf.”
Afbeelding: Freepik

Joris -
Je vermoedt het, maar misschien heb je het zelf verplaatst of per ongeluk in je tas gestopt. Wat kom je dan zeuren. Je wéét het gewoon niet en je bent dus 5 eurootjes verloren. No big deal.